Alphonsius Vander Stricht werd in Dikkelvenne geboren op 11oktober 1850. Hij was de zoon van Petrus Vander Stricht en Xaveria Otte.
Hij huwde met Delphine Platteau en kreeg met haar zeven kinderen. (klik hier voor meer informatie over het echtpaar Vander Stricht-Platteau in de rubriek "grafzerken") Hij baatte in het nabijgelegen Dikkele een kleine familiebrouwerij uit, Brouwerij Excelsior. In de zijgevel van het brouwershuis aan de huidige Brouwerijstraat 11-13, geven muurankers het bouwjaar 1877 aan.
In 1884 vroeg zijn jongste broer, Omer (1862-1925) hem naar Gent te komen en de leiding op zich te nemen van de brouwerij D'Ieteren. Omer Vander Stricht was namelijk net gehuwd met Marie Virginie Gevaert, dochter uit een bekende brouwersfamilie en weduwe van P. D'Ieteren. Hij wilde zelf die leiding niet op zich nemen want hij bouwde op dat ogenblik aan een academische carrière in de geneeskunde aan de Rijskuniversiteit Gent, die er door zijn groot doorzettingsvermogen uiterst veelbelovend uitzag. Door zijn huwelijk met Virginie Gevaert was Omer Vander Stricht financieel in staat zich volledig aan zijn wetenschappelijk werk te wijden zonder om den brode een medische praktijk te moeten beginnen. Hij werd uiteindelijk een internationaal gerenommeerd hoogleraar in de embryologie en de histologie aan de Gentse universiteit.
Alphonse gaat in op de vraag van zijn broer, verkoopt de kleine brouwerij in Dikkele aan Theophiel De Wever en vestigt zich aan de Steendam in Gent, waar de brouwerij van Gevaert zich bevond. Aan de nog bestaande 18de-eeuwse klokgevel van het gebouw aan het huidige nummer 74 merkt men dat in de loop van de 19de eeuw aanpassingen zijn uitgevoerd: bovenaan, aan weerszijden van het zoldervenster, zijn brouwerssymbolen aangebracht en boven de raamomlijstingen zijn de siersluitstenen uitgewerkt met korenaren (gerst) en hopbellen.
De brouwerij ging van start onder de naam Vander Stricht-Gevaert, waarnaar de in elkaar gewerkte initialen VG verwijzen, die nog vele jaren op onder meer de bierglazen zullen worden aangebracht.
Met zijn flinke ondernemingsgeest wist Alphonse zijn brouwerij stevig uit te bouwen en niet minder dan vier van zijn vijf zonen in zijn voetstappen te laten treden: in de bevolkingsregisters wordt Oscar als "distillateur, graanstoker" vermeld, Hector als "brasseur", Ernest als "meestergast, distillateur, brouwer" en André als "brasseur". De jongste zoon, André, zal uiteindelijk de leiding van de brouwerij in handen nemen. (klik hier voor meer informatie over André Vander Stricht in de rubriek "portretten")
Alphonse Vander Stricht overleed te Gent op 1 april 1936 en werd begraven in het familiegraf op het Campo Santo van Sint-Amandsberg. Op het imposante grafmonument prijkt zijn portretmedaillon. Het is door Geo Verbanck gesigneerd, maar niet gedateerd. Het medaillon is gegoten in de bronsgieterij Vindevogel in Zwijnaarde. Alphonse is als een naar links kijkende buste uitgewerkt, in driekwart profiel. De naam van de kunstenaar bevindt zich boven de rechterschouder. De naam van de bronsgieterij staat naast de linkerschouder.
Gegevens uit: ELAUT L., Stricht, Omer van der (1862-1925), in: Nationaal Biografisch Woordenboek, vol. 8, kol. 747-762, Brussel, 1979; CAPITEYN A., DECAVELE J., In Steen en Brons, van Leven en Dood, Gent, 1981, blz. 158-159 en uit de bevolkingsregisters van de Stad Gent, met dank aan de heer Philippe Debergh.
© Anthony Demey, Stichting Geo Verbanck, 15.10.2014